Zie hiervoor paragraaf 6.1 Risicobeheersing en weerstandsvermogen van het concept jaarverslag VRBZO 2019. Hierin is o.a. het volgende opgenomen: VRBZO heeft in 2019 de beleidsnota Risicomanagement & Weerstandsvermogen geëvalueerd en herijkt. De beleidsnota is in december 2019 door het Algemeen Bestuur vastgesteld voor de periode 2020 - 2023. De belangrijkste beleidsuitgangspunten voor VRBZO op gebied van risicomanagement zijn: • Risico’s in een cyclisch proces inventariseren, beoordelen en monitoren via een continuiteïtsplan; • De instelling van een weerstandsvermogen heeft als doel om een stabiele (trendmatige) ontwikkeling van de gemeenschappelijke bijdrage te waarborgen. • Streven naar een ratio weerstandsvermogen van 1 of hoger. De hoogte van de algemene reserve is vastgesteld op € 2,0 miljoen. In hoofdstuk 1 van het concept Jaarverslag VRBZO 2019 zijn de Bestuurlijk relevante ontwikkelingen 2019 aangegeven. Dit betreft: Overdracht meldkamer brandweer naar MKOB In januari 2018 werden de meldkamers van veiligheidsregio’s Brabant-Zuidoost en Brabant-Noord formeel samengevoegd tot Meldkamer Oost-Brabant (MKOB). Zij waren tijdelijk gehuisvest in Eindhoven, zodat het pand in Den Bosch verbouwd kon worden. De meldkamers van de brandweer, de RAV, en de politie verhuisden in april 2019 definitief naar Den Bosch. Op 16 mei was de officiële opening. De MKOB is de tweede meldkamer in Nederland die is aangesloten op de landelijke (technische) infrastructuur voor het meldkamernetwerk. Hiermee loopt MKOB voorop in het land, de meldkamers in heel Nederland worden nu klaargemaakt voor de toekomst. Voor de buitenwereld is er niets veranderd. De 24/7 bereikbaarheid en dienstverlening zijn hetzelfde gebleven. Intern zijn er wel veranderingen geweest: de collega’s van de meldkamer zijn niet meer in dienst van VRBZO en alle processen worden geharmoniseerd. Daarmee is het uiteindelijke resultaat bereikt: 1 meldkamer voor heel Oost-Brabant. Onderzoek naar rechtspositie brandweervrijwilliger Het Veiligheidsberaad, het ministerie van Justitie en Veiligheid (J&V) en de Brandweerkamer onderzoeken gezamenlijk op welke wijze de brandweerorganisatie opnieuw kan worden vormgegeven, op zo'n manier dat er nadrukkelijk en fundamenteel verschil is tussen vrijwilligers en beroepskrachten. Dat is namelijk nodig vanuit juridisch oogpunt. Aanleiding hiervoor is het resultaat van eerder onderzoek naar de rechtspositie van brandweervrijwilligers. Hieruit is gebleken dat, op grond van de Europese richtlijn voor deeltijdwerk, de huidige inrichting en werkwijze ten aanzien van vrijwilligheid bij de brandweer binnen het bestaande juridische kader niet behouden kan blijven. De reden hiervan is dat werkzaamheden en aanstellingseisen van beroepskrachten en vrijwilligers gelijk zijn. Op grond van het gelijkheidsbeginsel moeten brandweervrijwilligers door hun werkgevers –de veiligheidsregio’s – feitelijk als deeltijdwerkers worden beschouwd. Deze duidelijke conclusie besprak het Veiligheidsberaad tijdens de vergadering in juni. Het resultaat van het onderzoek waar nu toe is besloten, is besproken door het Veiligheidsberaad en de minister van J&V in december 2019. Hieruit blijkt dat er gezocht moet worden naar nieuwe invullingen van de manier van vrijwilligheid bij de brandweer. In landelijk verband wordt bekeken hoe de brandweer invulling kan geven aan vrijwilligheid. Rond de zomer van 2020 moet hierin meer duidelijkheid worden gegeven van Brandweer Nederland. Regionale wervingscampagne voor brandweervrijwilligers De verwachting is niet dat er op korte termijn een uniform en helder plan voor handen is om het vraagstuk over de rechtspositie en taakinvulling van vrijwilligers op te lossen. In onze regio wordt wel een urgent probleem van een naderend te kort aan vrijwilligers bij diverse gemeenten ervaren. Om die reden is bewust ingezet op het interesseren van nieuwe aspirant brandweervrijwilligers. In het laatste kwartaal van 2019 is de een regionale wervingscampagne voor brandweervrijwilligers gehouden. Onze eigen vrijwilligers leverden een grote bijdrage aan de campagne door zich te lenen voor foto- en videomateriaal. Zij zijn het gezicht van de campagne en dat maakt de campagne. In totaal hebben ruim 50 personen interesse getoond om de brandweer te versterken. Evaluatie Wet veiligheidsregio’s In de zomer van 2019 heeft de ministerraad heeft ingestemd met de instelling van de Evaluatiecommissie Wet veiligheidsregio’s (Wvr). De evaluatie is van belang om zicht te krijgen op het functioneren van het stelsel zoals beschreven in de Wvr, zowel ten aanzien van de bestuurlijke als operationele componenten. Het gaat daarbij om de realisatie van efficiënte en kwalitatief hoogwaardige brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening, bevolkingszorg, rampenbestrijding en crisisbeheersing onder bestuurlijke regie. De evaluatiecommissie heeft tot taak de doeltreffendheid en de effecten van de Wvr en onderliggende regelgeving in de praktijk te onderzoeken en daarbij ook te bezien of de huidige wet bruikbaar is in het licht van actuele en toekomstige dreigingen, maatschappelijke ontwikkelingen en ontwikkelingen in de crisisbeheersing. Het is de bedoeling dat de evaluatie zo wordt uitgevoerd dat deze inzicht biedt in wat goed werkt, waar er verbetermogelijkheden zijn, en wat bij knelpunten de oplossingsrichtingen zijn. De evaluatiecommissie start in 2020 met het onderzoek en zal het onderzoeksrapport eind van dat jaar opleveren aan de minister. Visie 2025 Het jaar 2019 was het laatste jaar van het regionaal beleidsplan 2015 – 2019. Dit beleidsplan was in eerste jaren na de regionalisering de leidraad voor VRBZO. Voor de organisatie is het belangrijk om na deze fase een koers en ontwikkelperspectief voor de komende jaren te bepalen. Dit was een belangrijke opgave voor 2019. Het bestuur gaf, samen met directie en netwerkpartners, de belangrijkste kaders voor de koers richting 2025. In oktober vond een bestuursconferentie plaats waarin de contouren van de koers zijn geschetst. Het regionaal beleidsplan kent diverse wettelijke onderdelen (artikel 14 Wet Veiligheidsregio). Deze items zijn in 2019 uitgewerkt en in december door het Algemeen Bestuur vastgesteld. In maart 2020 bespreekt het bestuur tijdens een extra bestuursconferentie over de uitwerking van de lange termijn beleidsdoelen van de organisatie. Aansluitend zullen in het voorjaar ook de gesprekken met de gemeenteraden plaatsvinden over de koers. |